Functies en gebruik van de snelkoppeling

Normen en standaards: EN 730-1; ISO 5175 Volg de landelijke veiligheidsvoorschriften op.

Product gemarkeerd met "A" bij Integra® acetyleencilinders. Maximale druk 1,5 bar
Product gemarkeerd met "O" bij Integra® zuurstofcilinders, druk 10 bar maximaal 15 bar.

Waarschuwing – levensgevaar wanneer apparatuur niet volgens de instructies wordt gebruikt

Alleen gebruiken met het type gas dat wordt aangegeven op de vlamdover
Alleen gebruiken voor gasstroom in de richting die wordt aangegeven op de vlamdover
Nooit de maximale bedrijfsdruk overschrijden die wordt aangegeven op de vlamdover
Alleen gebruiken met Integra-cilinders. Niet aansluiten op een ander type cilinder, drukvat of gastoevoersysteem
Reparaties alleen laten uitvoeren door de fabrikant of door hem goedgekeurde vertegenwoordigers.
Niet meer dan één apparaat aansluiten (bijv. snijbrander)
Extra markeren, graveren of stempelen op de vlamdover is ten strengste verboden

Instructies voor gebruik:

Verzeker u er vóór het monteren van het gastoevoersysteem van, dat alle aansluitingen schoon, vet- en olievrij en onbeschadigd zijn.
Gebruik bij het monteren van het gastoevoersysteem geen smeermiddelen, afdichtmiddelen, pasta's of tape.
Zorg voor een gasdichte aansluiting tussen de vlamdover en de slang met behulp van twee steeksleutels zoals weergegeven in afbeelding 1.
Als het gastoevoersysteem is gemonteerd, brengt u het systeem onder druk tot de maximale bedrijfsdruk en test dan het systeem op lekkage volgens een goedgekeurde lektestmethode.
Slangaansluitingen moeten voldoen aan EN 560.
Slangen moeten voldoen aan EN 559.
Slangpakkingen moeten voldoen aan EN 1256.
Bij langere inactiviteit of aan het einde van de werkdag en vóór het losmaken van de koppeling, moet de gasbron worden afgesloten met het aan/uit-handwiel op het ventiel.
Koppelingen mogen niet worden blootgesteld aan buigkrachten.

Onderhoud:

Het gastoevoersysteem moet worden getest volgens de wettelijke voorschriften.
Het is raadzaam de vlamdover minimaal eens per jaar te testen op lekkage en terugstromen van gas.

Oplossen van storingen:

Geen gasstroom: controleer de stromingsrichting, bedrijfsdruk, aan/uit-klep van de cilinder, cilinderinhoud (vol/leeg). Indien geen gasstroom - de eenheid vervangen.
Lekkage: controleer de afdichting van de aansluitingen. Als iets beschadigd is - de cilinder vervangen.